Dwars door Indonesië: Sumatra – Java – Bali – Lombok

20 augustus 2016: Brussel-Indonesië

Omdat we ruim op tijd willen vertrekken- we doen anders toch niet veel zinvols de dag van vertrek- hebben we om 13u00 in het station van Brussel-Zuid afgesproken voor de Thalys van 13u52. We moeten namelijk onze treinticketjes nog inwisselen aan het loket, waar ze ons er nog eens op wijzen dat we zeker ons treinticketje moeten laten afknippen door de conducteur. De trein heeft mooie roze en paarse zetels maar hij rijdt wel op zijn dooie gemak. Toch komen we niet veel later dan gepland aan in de luchthaven van Schiphol.

Daar is ondertussen alles supermodern. Niet alleen het inchecken, ook de bagage inchecken en de douane is volledig automatisch geworden ondertussen! Alleen aan de veiligheidscontrole staan nog mannetjes om de camerabeelden te bekijken. We drinken een smoothie en een latte macchiato op de fietsentafels, doen nog een ronde in het miniwetenschapsmuseum -Leen is 4 op 10.000 bezoekers uniek- en verkennen nog wat boekenwinkels. De vlucht van KLM verloopt prima, lekker eten, pasta met spinazie, profiterolles en koolslaatje, lekker ontbijt, ruime keuze aan films (Brothers, How to be Single, The Choice) en spelletjes. Alleen de zetels mochten iets verder achteruit kunnen gaan. In Kuala Lumpur moeten we blijkbaar wel uitstappen om een half uurtje later in hetzelfde vliegtuig terug in te stappen. Genoeg tijd om kennis te maken met het Aziatisch toilet :)!

Het vliegtuig is ondertussen opgeruimd, de bemanning is vernieuwd maar wij horen gewoon weer op dezelfde plek thuis. Twee uurtjes en een snackje later komen we aan in Djakarta. Daar moeten we eerst zonder visum door de douane om onze bagage op te halen en direct terug in te checken. Een bus brengt ons naar terminal drie. Dan is het weer twee uurtjes vliegen met kip en groentjes. We lopen wel wat vertraging op, maar ik slaap al voor we opstijgen. We komen dus pas tegen 23u30 aan in Medan, de hoofdstad van het eiland Sumatra. We sturen nog een berichtje naar ons hotel dat we later dan de ‘middernacht closing time’ zullen arriveren maar dat komt toch niet aan. De taxichauffeur van het officieel taxiloketje spreekt geen woord Engels maar brengt ons veilig tot ons hotel dat gelukkig nog open is. We hebben nog een klein hongertje maar het restaurant is natuurlijk al toe dus we kruipen zo ons bed in. Gelukkig is er airconditioning want het is er heet in de stad.

22 augustus 2016: Bukit Lawang

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-DD1gjnEmFIY/WB4jqxR5BdI/AAAAAAAAIPo/TqRykuczsoMrTxdabCFmkBRyvo_lxpRsACHM/s144-o/DSC04202.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551742328833490″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04202.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

We hebben geen wekker gezet dus door onze jetlag is het al 10u30 wanneer we ontwaken. In de omgeving gaan we op zoek naar iets om te ontbijten maar we vinden niet direct iets dus het wordt restaurant Tip Top aan de overkant, met lekkere toast omelet. Met de ‘tuktuk’ worden we naar het busstation gebracht. Binnen de 10 minuten zijn we weg, maar we zijn wel de enigste passagiers, vreemd… Gelukkig pikken we onderweg in de stad nog verschillende passagiers op. Het is lekker warm in de bus en de weg is niet in zo’n goede staat, nogal hobbelig. Tegen een uur of vier arriveren we in Bukit Lawang, een dorpje aan de rand van de jungle. Aan de bushalte staan er verschillende scooters te wachten maar we zeggen dat we al iets gereserveerd hebben, wat natuurlijk niet zo is, dus we gaan rustig te voet op weg. Een mannetje lukt het niet om af te schudden, die werkt zogezegd in Rainforest guesthouse. Bukit Lawang ligt mooi gelegen langs de rivier. We checken ons in, laten ons een driedaagse trekking aansmeren en gaan dan aperitieven in het centrum met een sapje. We eten lekker in ons guesthouse waar we slecht nieuws van Eddy krijgen. Het koppel dat met ons mee ging is ziek en heeft geannuleerd. Wij hadden ons echter al zo verheugd op een driedaagse dat we Eddy verder laten zoeken. Er moet toch nog wel ergens iemand zijn die mee wil? Uiteindelijk lukt het en kunnen we met een gerust hart gaan slapen.

23 augustus 2016: trekking Bukit Lawang

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-U2CUmWOOakY/WB4jq5X4mYI/AAAAAAAAIPo/KwTL7EV9XxgP1p2bqwodJuwVNVWcmZc7gCHM/s144-o/DSC04276.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744501455234″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04276.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Om 8u 45 worden we opgepikt en naar een ander guesthouse gebracht waar we het Duits koppel Manu en Hanna ontmoeten dat mee zal gaan op de trekking. Onze gids Felix loodst ons door een rubberplantage bergop. Amper twintig minuten later zien we al onze eerste orang oetan. Heel mooi, maar omdat het zo vlak bij het dorp is, zijn er nog veel toeschouwers. De orang oetans hangen eerst nog heel hoog in de bomen maar komen dan naar beneden om een kijkje te nemen. Het is een moeder met een jong van 3 à 4 jaar oud. Ook de langstaartmakaken zijn volop van de partij! We wandelen een beetje verder en eerst komen we de Thomas Leaf monkey’s tegen die een schattig kuifje hebben en heel braaf zijn. Een beetje verder komen we opnieuw drie orangs tegen die de beste kunsten van zichzelf geven. Op een helling een beetje verderop begint Felix ineens ‘Hurry hurry’ te roepen. Bovenaan zitten in verspreide orde wel 8 orangs. Eén ervan is Mina met haar baby die in het opvangcentrum heeft gezeten en dat is duidelijk te merken. Ze komt uit de hand eten hoewel dat niet is toegestaan. Fantastisch om ze te zien spelen en klimmen in de bomen!
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-WwUR0Q8a3qA/WB4jq-k5a4I/AAAAAAAAIPo/YrOYZgEp2SMmp-dV27UCgwZ8xOYIHJlZgCHM/s144-o/DSC04341.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745898212226″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04341.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Lunch is mie met een eitje en ananas als dessert. Ondertussen hadden we ook al een fruitstop gehad met bananen, mandarijnen en rambutans. ‘s Namiddags zien we niet veel leven meer, naast een reuzegrote argusfazant. Het pad daalt sterk af en het is vasthouden aan de bomen, lianen en wortels. We komen aan een riviertje aan waar de schoenen uit moeten en we de rivier verder moeten volgen. Zo met de rugzak en de blote voeten op de stenen doet dat wel pijn. Ondertussen zijn we al lang drijfnat van het zweet. Onze overnachtingsplaats ligt wel mooi langs de rivier. Een varaan neemt nog snel de benen. We zwemmen in de rivier, drinken een theetje en dan begint het ineens te stortregenen. En dat zal het zeker de volgende 12u nog doen.. We rusten dus maar even onder de ‘tent’. Het avondeten is dus ook in de tent maar superlekker met chicken rendang, curry, groentjes, tempeh,… We spelen nog verschillende spelletjes, trucjes, lucifers ontcijferen, gekke bekken trekken, look-a-big-smile, tot we slapen gaan.

24 augustus: trekking Bukit Lawang
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-Ic7hnxbh0M4/WB4jqzH4eGI/AAAAAAAAIPo/6ctoEg61riM5X-uS0ai65I32cbG6Ij0QACHM/s144-o/DSC04371.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551742823725154″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04371.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

De nacht was niet zo denderend:) , hard op de grond, natte voeten in de regen en veel lawaai van de harde buien. Gelukkig is het zo goed als droog als we opstaan! Lekkere sandwiches als ontbijt. De koks maken op het gemakje nog de lunch gereed. Onze gids gaat niet meer mee want hij heeft te horen gekregen dat zijn neefje een hersentumor heeft en gaat dus naar het ziekenhuis. Didi zal ons verder begeleiden. We vertrekken door de rivier en dat is heel mooi, soms ook glad, maar Didi heeft voor ons gelukkig een wandelstok gemaakt. Aan het einde is een waterval en houden we fruitpauze. Vandaar is het terug bergop. Eerst nog gewoontjes en bovenop de berg lunchen we en zien we nog een pigtailed monkey. Dan wordt de tocht extremer. Bergaf is geen makkie. We bungelen aan de lianen en Leen laat ook nog een rots naar beneden vallen.. Gelukkig komt iedereen er met een paar schrammen vanaf. We komen terug in een riviervalleitje uit en wat ik vrees is de werkelijkheid! Aan de andere kant moeten we er ook terug uitklimmen. Niet gemakkelijk met de rugzak, want die blijft achter alle bomen haperen. Nog één keer naar beneden en dan zijn we gelukkig bijna aan onze kampplaats. We moeten juist nog één grotere rivier doorwaden en daar ligt weer een mooi tentje. Eerst weer zwemtijd met een thee en een koekje. Later weer lekker eten met vis enzo. Geen spelletjes deze keer, wel een full body massage van onze chefkok.

25 augustus: Bukit Lawang

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-TMpJZoA1Y4w/WB44EEjHItI/AAAAAAAAIR4/p2FUjqMQw-ceVf9–aOoOezcoO9mg3qPwCHM/s144-o/DSC04409.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349574167230620370″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04409.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

We moeten pas tegen de middag vertrekken dus we relaxen nog aan het water met de gele kwikstaart en we wandelen naar de waterval een beetje verderop. Daar nemen we een heerlijke douche en we krijgen er nog gratis een moddertattoo erbij. We krijgen nog noedels en een grote fruitschaal als lunch, waar ik helaas niet van eet, het junglefood heeft niet zo’n goede indruk achter gelaten gisteren. Vervolgens komen onze ‘tubes’ aan en wordt alles in gereedheid gebracht voor het tuben. Onze rugzakken worden waterdicht verpakt in plastic zakken en gaan gewoon mee op de tubes. Het is wel opletten voor de poep soms op de rivier, want het water staat niet superhoog en soms zijn er wel wat rotsen. Het is heerlijk vertoeven op de rivier! Jammer dat het zo snel gedaan is, we stappen uit aan onze guesthouse die ook langs de rivier ligt. Daar doen we een wasje en rusten we even op ons terrasje bij de aapjes die een beetje agressief doen. Als we opgefrist zijn, gaan we terug op pad. Eerst nog een sapje en een vieze bubblegum strawberry fanta en dan wandelen we richting de bat cave. Het is een mooie omgeving en we zien nog een Thomas leaf aapje. Ook passeren we een kleurrijk geschilderd kindertehuis zonder kinderen weliswaar. Aan de batcave gekomen vraagt een man ons 20.000 entree. Dat vinden we veel, maar als we willen betalen worden het ineens 25.000 roepias. Zo gaat dat niet bij ons en we keren op onze stappen terug zonder de grot dan maar. In de hangmat aan de rivier aperitieven we met een toast avocado en later eten we ook gewoon in onze guesthouse.

26 augustus: Bukit Lawag- Berastagi
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-EmheNhC18vs/WB4jq-EaQBI/AAAAAAAAIPo/aHoAWck3O7kbQoeeFLToA2aUWvipPy5QQCHM/s144-o/DSC04197.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745761951762″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04197.JPG” image_size=”4912×1080″ ]

Eerst ontbijten we lekker en dan worden we door een jongetje om 8 u meegenomen naar het ‘turistbus’ kantoortje. Daar moeten we even wachten en dan worden we opnieuw meegenomen naar een cafeetje waar we moeten wachten op de twee andere gasten die nog mee zullen gaan. Blijkbaar is een turistbus dus een gewone auto voor 7 personen. De terugweg lijkt veel mooier maar het is dezelfde weg dus waarschijnlijk zijn we net iets meer op ons gemak. We rijden helemaal terug tot Medan waar we de vulkaan Sinabung net zien ontploffen. Het is nog wel een eindje rijden tot Berastagi en als we daar arriveren lijkt alles grijs onder het vulkaanstof. De lokale inwoners dragen allemaal een mondmasker en ik vraag me af of het wel zo’n goed idee is om hier te blijven. Als we aan ons guesthouse Talitha worden afgezet, bevestigt de man dat de vulkaan 2u geleden is ontploft, maar ze kijken niet vreemd en er valt geen stof meer uit de lucht, dus blijven we maar. De gastvrouw heeft nog in Nederland gewoond en praat een woordje Nederlands.
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-KNxzjbHcW3g/WB4jq2_IQvI/AAAAAAAAIPo/WeQhtzztlPghZ1p-v5sAcRsa0fSdLiH4wCHM/s144-o/DSC04497.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551743860753138″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04497.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Het lijkt ons te laat om nu de niet ontplofte vulkaan te beklimmen, dus we wandelen naar één van de omliggende dorpjes Gurusinga. Eerst nog noedeltjes eten uit plastieken bordjes uiteraard. De politie deelt er mondmaskers uit die we goed kunnen gebruiken. We moeten namelijk eerst langs een drukke weg en het is stof alom. Soms zie je bijna niets! Eens we af de grotere weg zijn, wordt het mooier. In de verte zien we de rook uit de vulkaan komen. De mensen zeggen vriendelijk goedendag en een aantal willen ook op de foto met ons. In Gurusinga vinden we maar één Batok huis maar het was een aangename wandeling. Op de terugweg drinken we nog een milkshake bij Panorama Resto. We zitten ondertussen helemaal onder het stof dus een douche kunnen we wel goed gebruiken. ‘s Avonds gaan we uiteten in een gezellig koffiehuisje met mie, terwijl we ondertussen een spelletje schaak spelen.

 

27 augustus: Sibayak vulkaan

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-fJgOXsPK0qw/WB4jqxPU_7I/AAAAAAAAIPo/fLUURGxx4bIYDB-_lwe4lSAW2kiYPYXkACHM/s144-o/DSC04462.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551742318084018″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04462.JPG” image_size=”4912×1080″ ]

We worden om 4u30 opgepikt – door de auto, en het regent- dat hadden we geen van beiden verwacht. We rijden de vulkaan op in het busje met luide muziek. Vanaf de eetstalletjes wandelen we in het donker naar boven. Tegen 5u 30 zijn we op de top maar het is nog helemaal bewolkt en frisjes. Als de zon om 6u30 normaal zou moeten opkomen zie je nog altijd geen hand voor de ogen. We dalen dus de krater af en zien verschillende holen waaruit warm gas en rook ontsnapt. Best wel spectaculair! In één van de holen zie je ondergronds het water koken. Ondertussen is het gelukkig lichtjes opgeklaard en klimmen we terug naar de top waar we nu een spectaculair uitzicht hebben zowel op de Sibayak vulkaan als op de Sinabung. We dalen af via hetzelfde pad maar dat ziet er nu in klaarlichte dag natuurlijk helemaal anders uit. Met de auto rijden we verder naar de hotsprings.
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-VEYM1d89el8/WB4jq5QVSUI/AAAAAAAAIPo/ewG-et-4NGQiXtwbDzzz5peCNt-CjKRMQCHM/s144-o/DSC04485.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744469780802″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04485.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Geen natuurlijke baden maar wel opgewarmd met de vulkanische warmte. Je hebt baden met verschillende temperaturen. Het is er zalig en ook rustig, we zitten er helemaal alleen in. Het warmste zwembad is te heet voor ons, daar kunnen we amper onze voet in steken. We rijden verder langs een gouden boeddhistische tempel, maar die is gesloten omdat ze hem volop aan het kuisen zijn van het vulkaanstof. Tegenover de tempel ligt ook een vluchtelingenkamp van alle vluchtelingen die te dicht bij de vulkaan woonden. De kinderen zijn een traditioneel dansje aan het leren. Terug in ons guesthouse nemen we een lekker ontbijt van toastjes met choco of pindakaas! Om 13u vertrekt onze minibus pas, dus we gaan nog even het centrum in, naar de fruitmarkt en een shortje voor Leen passen. Onze minibus is niet echt een echte minibus denken we, eerder een privé taxi, we zitten er maar met tweetjes in. De rit duurt 3 tot 4 uurtjes tot Parapat waar we de ferry nemen naar Tuktuk op het eiland Samosir in Lake Toba.
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-w1DlAZ9r-Nk/WB4jq4CXRxI/AAAAAAAAIPo/bcMQqW3zyVYIE5Rv6DW1bBy6CiyK1KhxwCHM/s144-o/DSC04503.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744142755602″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04503.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Onze chauffeur zegt dat hij binnen 10 minuten vertrekt maar we zitten nog een hele tijd op de boot vooraleer hij wegvaart. Ondertussen vernemen we dat er een internationaal festival plaatsvindt in Tuktuk vanavond. We slapen in een typisch Batok huisje met een piepklein deurtje bij Merlins guesthouse en gaan dan gezellig rosti’s eten in Rumba Pizza en daarna naar het festival. Het is echt wel een groots festival, het lijkt alsof heel het eiland op het festival aanwezig is. De violist is zalig maar de zangeres bakt er niet veel van en om 23u gaan we huiswaarts. We slapen niet zo goed want er zitten ratten of muizen in de kamer blijkbaar, dat heb je natuurlijk met die typische huizen:).

 

 

28 augustus: Toba-Maninjau

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-fqrdYz3nMz4/WB4jq4efXyI/AAAAAAAAIPo/yP-6f9PO-QUvkCpce28R-g8w-ojEkIgBQCHM/s144-o/DSC04529.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744260726562″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04529.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

We staan op het gemak op, maar toch zijn er nog niet veel plaatsen open om te ontbijten na het festival. Gelukkig vinden we toch een gezellig en lekker plaatsje. We wandelen rond Tuktuk en boeken alvast een busticket voor vanavond want blijkbaar kan je hier toch niet zo goed wandelen. We checken uit en gaan dan een visje en babi pangang eten en we zwemmen en we luieren nog wat aan het water tot we terug de ferry nemen rond 16u. In Parapat laten we onze bagage achter en verkennen nog het dorpje. Er zijn nog heel veel toeristenkraampjes en iedereen wil met ons op de foto. Aan het presidentieel buitenverblijf genieten we van het uitzicht en een ijsje en leren we wat Indonesisch van een paar zussen die versteld staan van Leen haar prachtige neus en gestalte. Nog een keertje mie als avondeten en dan is het gelukkig bijna tijd om te vertrekken met de minibus die een half uurtje te vroeg is (20u30). De bus zit helaas al vol dus dat wordt geen aangename nachtrit. Gelukkig moet het merendeel er een paar uur later alweer uit, maar af en toe piken we nieuwe mensen op, dus zo goed slapen we niet. Eén keer hebben we ook nog platte band, en in de ochtend moeten we om één of andere reden ook de politie omkopen. De chauffeurs wisselen af en toe. Tegen de ochtend pikken we ook nog een man met zijn dochtertje op en na een half uurtje en overgeven, keren we blijkbaar terug om het dochtertje thuis achter te laten. Niemand spreekt een woordje Engels… Om 12-13u zijn we in Bukkitingi waar we aan de busterminal worden afgezet.
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-J6ySntCxZgw/WB4jq2J2zyI/AAAAAAAAIPo/1oXaLXPk8lAfVDjtrUNv820Y_jTejVT3gCHM/s144-o/DSC04533.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551743637311266″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04533.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

We nemen verder de bus naar Maninjau die pas om 14u vertrekt, dus we gaan eerst nog iets eten. We hebben de laatste hap nog niet in onze mond en onze bus vertrekt al. Gelukkig kunnen we er nog inspringen want onze bagage zit er al in… De weg naar Maninjau is heel mooi. Via 44 bochten dalen we terug af naar het meer waar we op zoek gaan Muaro Beach Guesthouse. Rustig en gezellig met een bungalowtje met zicht op het prachtige meer! We zwemmen eerst en gaan dan nog een sapje drinken in het dorpje. Avondeten doen we gewoon gezellig op het terras van ons guesthouse waar we helemaal alleen zijn. ‘s Nachts denk ik dat er weer muizen op onze kamer zitten, maar blijkbaar is er een poes binnengeraakt deze keer:)

 

30 augustus: Maninjau

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-0D5EY7fJcFA/WB4jq3rq4OI/AAAAAAAAIPo/ci7uC0AORtgWlwUMh-in1Riz1QUwfKo3ACHM/s144-o/DSC04622.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744047571170″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04622.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Na het ontbijt met bananenpannenkoeken trekken we onze wandelschoenen aan om de omgeving te verkennen. Het straat staat vol met viskraampjes, het ene naast het andere. De mensen leven hier duidelijk van de aquacultuur. We willen naar de waterval wandelen maar een man waarschuwt ons voor giftige planten en het pad is toch vrij begroeid dus keren we op onze stappen terug want we hebben ons korte broek aan. In de plaats daarvan verkennen we het dorpje Bayur en dat is zeker de moeite! Grote houten huizen langs verkeersvrije straatjes en rijstvelden gecombineerd met visvijvers. Prachtig! We lunchen in een plaatselijk restaurantje waar we verschillende schotels krijgen waaronder eentje de brij van minivisjes (rinuak). Toch wel lekker allemaal maar een beetje pikant.
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-zwx92Zqprx8/WB4jqzK1qQI/AAAAAAAAIPo/W5KyszXnq8IPgGTbnHXacF8v5UQb7FvWACHM/s144-o/DSC04585.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551742836123906″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04585.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Terug thuis doen we nog een zwempje en proberen we ons vliegtuigticket te boeken. Met Lionair is dat niet evident want die vragen voor ATM-paying en het is ons niet duidelijk hoe dat werkt. We boeken dan maar met Traveloka, de andere boeking zou toch binnen 5u vervallen. Toch proberen we eerst nog eens langs de ATM te gaan maar dat geeft geen resultaat. We eten nogmaals helemaal alleen op ons prachtig terrasje met gegrilde aubergines.

 

31 augustus: Sumatra-Yogya

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-hLeiPfX0APw/WB4jq9aoRaI/AAAAAAAAIPo/xW1aj6aPkx0o-tqhsnJUQUXaqD1BnIJlQCHM/s144-o/DSC04540.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745586709922″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04540.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

We hebben om 9u transport naar de luchthaven geboekt. We worden opgehaald door een jonge man, maar rijden dan de verkeerde kant uit. Oh ja, er moet nog een kuikentje mee. We keren terug om naar ons eigen hostel waar ook nog een doos mee moet, kon die nu de eerste keer al niet mee? Wederom rijden we weer de andere kant op. We pikken nog wat mensen op her en der, er moet er ook weer eentje uit die nochtans naar dezelfde plaats als ons moet. We zijn al een uur onderweg, nog eens van chauffeur wisselen en dan rijden we eindelijk richting Padang waar we aan de luchthaven gedropt worden. We checken in en gaan dan lekkere Soto Ayam eten. Nog even wachten en dan het vliegtuig op. In Djakarta moeten we overstappen richting Yogyakarta. In Yogya is het ondertussen al donker dus we pakken de taxi bij een vriendelijke taxichauffeur. We laten ons afzetten aan Gang 1 in de buurt van Malioboro maar we moeten vier hostels bekijken voor we er eentje vinden dat een beetje oké is voor de prijs en het wordt Rejeki Homestay. De man des huizes is tenminste vriendelijk. We gaan saté ayam uiteten in het straat, dan een douche en dan het bed in onder de ventilator.

1 september: Borobudur

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-TWcePVM2EFY/WB4jq0izYQI/AAAAAAAAIPo/1hZVl3Xf-ucNlpX5TChGo28m8_teRDRhgCHM/s144-o/DSC04651.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551743205073154″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04651.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

We staan op tijd op om hopelijk met niet te veel volk in Borobudur te zijn. We wandelen naar een punt dat in een hele oude Rough Guide aangegeven staat als punt voor de bus naar Borobudur. En ja hoor, er staat een oud busje dat ons naar het busstation Jember brengt waarvan de lokale bus vertrekt. We zijn de enigste buitenlandse toeristen. In Borobudur wandelen we nog een kilometer en krijgen we een sarong rond ons en een gratis flesje water. De tempel is mooi met de stupa’s en al de beeldhouwwerken maar ik vind hemzelf niet spectaculair. Misschien zijn we een beetje teveel verwend? We klimmen nog een heuvel op waarvan je wel een mooi zicht hebt op de tempel. We kiezen één van de vele lege warungkraampjes uit om iets te eten en te drinken en nemen dan de bus terug naar Yogya. Deze keer nemen we de blauwe stadsbus 2a met airco-wat een luxe- tot aan het Kraton. Daar bezoeken we het paleis van de sultan, waar er kamer na kamer opduikt. Eerst nog een verfrissende ijsthee met frietjes vooraleer we op zoek gaan naar het waterpaleis. We zien verschillende restanten maar het duurt even voor we in het echt waterpaleis arriveren.
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-dbT71BvgaoI/WB4jq3zqVDI/AAAAAAAAIPo/uhYFTOq9veo20AWlpkgQsxSxQUuHwl7ZwCHM/s144-o/DSC04702.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744081089586″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04702.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Blijkbaar hebben we de achteringang gevonden. Handig, want dan moet je ook niet betalen. We wandelen verder naar de andere toerische wijk die iets luxueuzer is. We drinken er nog een sapje met guacamole en nemen dan de fietstaxi die een motortaxi blijkt zijn. Gelukkig, anders is het voor de man hard afzien. We nemen een douche en gaan uit eten in een lokaal plaatsje op de grond. Dat compenseren we met nog een dessertje gebakken banaan met chocola in restaurant Superman.

 

 

 

2 september: Prambanan

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-c5c1kU-ACOE/WB4jq8NRRvI/AAAAAAAAIPo/q5FiHFJ5Rmw5MlbedLUXVqKSGoaTdqLlgCHM/s144-o/DSC04699.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745262241522″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04699.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Eerst een ontbijt met avocado croque monsieur en dan wandelen we naar het station om ons treinticketje voor morgen naar Probolinggo te kopen. Vervolgens gaan we op zoek naar een fiets om naar Prambanan te fietsen. Dat blijkt niet evident want we hebben er nog nergens te huur gezien en op de enigste plaats waar er fietsen staan, blijken ze ze niet meer te verhuren. Plotsklaps vraagt er ineens iemand of we een bicycle of motorbike willen huren. Daar zeggen we geen nee tegen! Door de kleine straatjes loodst hij ons naar hotel Lotus die twee fietsen hebben en zelfs de banden staan nog hard. Perfect, voor 25000 zijn ze de hele dag voor ons! Het verkeer is wel druk, maar als je aan de kant blijft, lukt het aardig. Alleen naar rechts afdraaien is wat moeilijk maar dan moet je maar een motorbike volgen. We fietsen langs een kanaal waar er niet echt auto’s rijden maar echt rustig kan je het niet noemen met al die motorbikes die richting Yogya rijden. Zwetend komen we dus aan in Prambanan.
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-BtKt40M5DbQ/WB4jq9Bp6KI/AAAAAAAAIPo/QJBBl5U-3CEAngSn6xzvQV5jX6EPpVDNACHM/s144-o/DSC04762.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745481959586″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04762.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

De tempels zijn er mooi, alleen staan er enkelen in de stelling, dat is jammer. We wandelen nog een beetje verder naar wat tempels met de dikke wachterventjes. Na onze tempeltocht eten we in één van de vele kraampjes mie goreng en een vers sapje. Het is zo warm dat we ook wel een ijsje hebben verdiend. We fietsen verder naar een klein tempeltje maar omdat deze in het groen ligt is deze wel heel mooi. Vervolgens fietsen we naar Ratu Boko. De toegangsprijs is gigantisch volgens Indonesische normen (15 dollar) maar dan krijgen we er wel gratis de parking en een drankje bij! Van de tempel blijft niet zoveel meer over, maar de zwembaden van vroeger zijn wel nog mooi. Ons gratis drankje nuttigen we wel in een restaurant met een mooi uitzicht op de omgeving. Om 16u moeten we vertrekken om voor het donker zeker terug te zijn.. In het begin gaat het goed maar dan moeten we een gigantische drukke weg oversteken met nog twee betonnen afscheidingen ertussen. Dat lukt ons niet, dus we volgen de weg richting de grote baan. Dat is wel even wat anders, fietsen op de drukste weg van Yogyakarta. Ergens heeft het wel iets, maar het is toch niet aangenaam om met de fiets in de file te staan. Als we meer het centrum naderen, proberen we dan ook een iets rustigere fietsroute te vinden. Aan het station kennen we het al, dus daar lukt het aardig. Hotel Lotus terugvinden is iets moeilijker:). We rijden de juiste straat in maar vinden het niet terug in het net van mazen van straatjes. We rijden een blokje rond tot we terug aan het beginpunt zijn, waar er iemand is die ons de weg toont. Bij hun buren drinken we nog een sapje en aperitieven met lookbrood. Een lekkere douche en we gaan uiteten in het restaurantje Wanderlust over onze deur, dat nu wel open is.

3 september: Cemoro Lawang

Om 7u50 is onze trein dus we vertrekken vroeg op pad te voet naar het station. Ons ticketje moeten we eerst nog inwisselen tegen een echte boardingpass. Tegenwoordig hebben alle economische treinen ook AC en ze vertrekken mooi op tijd en iedereen krijgt zijn stoelnummer toegewezen. Over ons zitten 2 oudere vrouwtjes. De treinreis naar Probolinggo is wel 9u rijden.. Het landschap is redelijk vlak en regelmatig bebouwd. Vanuit Probolinggo moeten we nog naar Cemoro Lawang raken. De Lonely Planet waarschuwde ons dat dit niet zo gemakkelijk zou zijn. We pakken een busje naar het busstation- na twee ongewenste tussenstops- waar zogezegd ook geen public bussen meer zijn. Er zijn busjes maar als ze niet vol zijn (15 personen) moet je uiteraard meer betalen. We zijn gelukkig al met vijf toeristen. We eten ondertussen mie en dan komen er nog 2 Belgische toeristen opdagen. Het is ondertussen al donker en na veel onderhandelen kunnen we uiteindelijk weg voor 70000 per persoon. In Cemoro moet je een ticketje voor de village kopen. We worden aan een rare homestay gedropt, maar het is toch maar voor één nachtje dus dat is geen probleem. We slapen lekker onder de dekens.

4 september: Bromo

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-AiCsYcDnRLQ/WB4jq-ZooQI/AAAAAAAAIPo/mlnGa8DJxIgVbQvQ7nfLVIRZhGb_8-LNgCHM/s144-o/DSC04812.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745850974466″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04812.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

We vertrekken om 5u te voet naar het sunrisepoint, maar het is al licht en is het toch nog wel even wandelen. De zon zie je trouwens niet opkomen, maar de Bromo of toch de vulkaan ernaast de Gunung Batok ligt mooi boven de wolken! Omdat we net iets later zijn dan alle tours met jeeps is het niet te druk. Terug in Cemoro Lawang gaan we eerst uitgebreid ontbijten vooraleer we echt de Bromo opgaan. We gaan weer te voet waardoor we blijkbaar de dure entree (250000 roepies) vermijden, we denken dat er nog een toegangsloketje komt maar dat blijkt dus niet zo te zijn. We moeten eerst een woestijnvlakte door om dan de Bromo op te gaan. Eerst is het pad uitgesleten uit de grond, het laatste deel is een trap die ook uitgesleten is in de grond. Bovenop de kraterrim hoor je de gassen spuwen. Als je een beetje verder wandelt, zit je zelf helemaal alleen op de rim. Het landschap is er heel mooi, al die natuurlijke vormen. Je kan er ook een paardje of een brommer huren om te crossen op de woestijnvlakte.

 

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-ssy7YabOkjc/WB4jq9-Ol8I/AAAAAAAAIPo/8F6eTBV8Kd4oQ3tO-Ptw0eMOUvOkznJ9QCHM/s144-o/DSC04909.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745736021954″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04909.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Tegen 11u 30 zijn we terug in het dorpje, maar de bus is helaas juist volzet. We hebben schrik dat we nu wel lang moeten wachten omdat de meeste tours en mensen toch al terug waren…Gelukkig zitten we op een plekje waar je goed foto’s kan trekken van de voorbijkomende bevolking. Plots krijgt de buschauffeur telefoon dat er nog 6 mensen meewillen, wat het totaal van 10 passagiers maakt, dus we kunnen mits meerprijs vertrekken. Daar zeggen we geen nee tegen! In het busstation in Probolinggo hebben we de keuze tussen de gewone en de AC-bus. Wij gaan voor de gewone bus, maar we waren alweer vergeten hoe warm het kon zijn..Gelukkig staat de deur van de bus ook open. De bus vliegt ervandoor, we worden héén en weer geschud. We hadden nog niet gegeten dus dat doen we in de bus met een kartonnetje mie en rijst. Het is al donker als we in Banyuwangi arriveren en we moeten nog een bemo nemen. In de bemo komt een bende vrouwen met kinderen in die ons precies gewoon uitlachen, een grappige bende. We slapen in Hotel Baru waar we informeren voor een tour naar de Ijen-vulkaan. Die vertrekt om 00u30 en het is nu 20u00, dus daar passen we vandaag voor want het is zo al een lange dag. We gaan lekker douchen en om te eten belanden we blijkbaar bij de Chinees in plaats van bij de Indonesiër. De Chinese gastvrouw vindt ons blijkbaar tof dus we krijgen nog gratis een pak chips mee naar huis:).

5 september: Banyuwangi

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/–z_NJSnjI_c/WB4jq75eDZI/AAAAAAAAIPo/sGD-jL79eo0MusoNbIGLHlocFKx8vzQRQCHM/s144-o/DSC04993.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745179192722″ caption=”” type=”image” alt=”DSC04993.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Het ontbijt is inbegrepen in de prijs maar het is enkel Indonesisch, zelfs geen koffie of thee… We moeten noodgedwongen nog een dagje doorbrengen in Banyuwangi dus we gaan op verkenning in de stad. Eerst gaan we op zoek naar een Chinese tempel, maar waarschijnlijk vinden we hem net niet. Tussen de kleine wegeltjes door wandelen we op goed geluk naar het strand. Visvijvers, rijstvelden, huisjes, mangrovevissers. Mooi om te zien, dit plattelandsleven vlak naast de stad. We wandelen het strand een stukje in zuidelijke richting af en keren weer terug om naar het echte strand Boom te gaan, maar we kunnen helaas niet door omdat er nog een rivier overbrugd moet worden. Terug dezelfde weg dan maar… Het Boom strand stelt niet zoveel voor. Veel vuil toch nog en niemand is er aan het zwemmen. We rusten dus maar wat in de schaduw.

 

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-R3Q45KBLXlc/WB4jq_aV1HI/AAAAAAAAIPo/r4kERT97XfMs4FXHKhtYP8nSpa4BOo6dQCHM/s144-o/DSC05004.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551746122372210″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05004.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Als we lokaal mie goreng aan het eten zijn, wijst de man des huizes voortdurend richting de zee. We begrijpen niet wat hij bedoelt maar even later komt hij met een emmertje babyzeeschildpadden af. We gaan mee als hij ze gaat lossen, en ze blijken er de eieren te verzamelen en te laten uitbroeden. Eén legsel komt juist uit en er kruipen verschillende zeeschildpadjes uit hun eieren. Zalig om te zien! Jammer dat de man geen woordje Engels praat zodat we wat meer informatie zouden krijgen. We eten nog een ijsje aan het strand en drinken er een jonge kokosnoot vooraleer we terug huiswaarts gaan langs het haventje. Na al twee keer rijst en mie gegeten te hebben vandaag willen we vanavond iets anders eten, we vinden gelukkig een zaakje dat burgers verkoopt. We gaan héél vroeg slapen want we moeten om 24u alweer opstaan.

6 september: Ijen vulkaan

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-KK6J56qt4zM/WB4jq_ZhqYI/AAAAAAAAIPo/3Evx6f0IsWwdew_V9o_EfdPlLL6Ys_W9wCHM/s144-o/DSC05020.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551746118953346″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05020.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

00u00. Het is even paniek want één van Leen haar lenzen is gescheurd en de andere is verloren… We moeten ons haasten maar ver kan de lens niet zijn. Gelukkig vinden we ze toch nog heel terug in een hoekje van de kamer… We rijden met de auto de berg op maar het is er een drukte van jewelste. We krijgen ons gasmasker toegewezen en dan beginnen we aan onze klimtocht naar boven. Eénmaal boven moeten we met zijn allen op een rijtje terug de krater in, en het gasmasker is er echt wel nodig, al is het moeilijk ademen erdoor. Beneden bewonderen we het blauwe vuur, afkomstig van vloeibaar ontbrandend fosfor. Jammer dat de gids er geen woordje uitleg bij geeft. De mijnwerkers zijn bezig om het fosfor te ontginnen, een loodzware job! Voor de zonsopgang gaan we terug de kraterrim op, maar voor het meer echt turkoois blauw kleurt, moeten we helaas terug naar beneden. Het landschap is echter prachtig, met de zon en de mist in het ochtendgloren.

 

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-DIG3_Zm0kfY/WB4jq3eeMsI/AAAAAAAAIPo/dEQdfhXk8T070TsGkZZGqdHMDlj_fhqawCHM/s144-o/DSC05125.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551743992214210″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05125.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Eénmaal thuis slaan we het Indonesisch ontbijt maar over.. We gaan op zoek naar pannenkoeken in de burgertent van gisteren maar die is helaas nog niet open. We vertrekken dan maar zonder ontbijt. We nemen de bemo naar de ferry die ons zachtjes overzet. In Bali doen ze alsof er geen bussen zijn dus we delen een minibusje met andere toeristen. We laten ons in het centrum van Lovina afzetten en gaan op zoek naar een hotelletje. Bij Nirwana Seaside vinden we een bungalow met AC, ontbijt en een prachtig zwembad voor 250000 rupiah. We gaan eerst brunchen op de hoek, doen een kleine verkenning in het dorp en laten ons al de dolfijnentoer en de snorkeltoer aansmeren en genieten dan van het zwembad dat speciaal voor ons helemaal versierd lijkt met witte bloempjes, maar die zijn gewoon van de boom gevallen natuurlijk. ‘s Avonds gaan we eten op het strand met een lekker visje met champignonroomsaus.

7 september: Lovina

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-ZHvyIgiFXQM/WB4jq4f5lFI/AAAAAAAAIPo/2yrzVj7s-UUnkqb2bRNsBS4zl18yUEzJQCHM/s144-o/DSC05207.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744266638418″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05207.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Voor onze wekker afgaat, wordt er al op onze deur geklopt. Die van de dolfijnen zijn er vroeg bij, we staan dus maar op een gaan mee naar het bootje waar vier personen in kunnen. We vertrekken om 6u en we zien verschillende dolfijnen. Overal zijn er wel bootjes. Eén dolfijn maakt wel twee acrobatische sprongen. Ondertussen komt de zon op en het ochtendlicht is prachtig om te zien. Tegen 8u zijn we terug aan wal, juist wat tijd om te ontbijten en dan worden we terug opgepikt voor onze snorkeltour. Eerst snorkel – en duikgerief voor de anderen- ophalen en dan is het nog wel een uurtje rijden naar Pulau Menjangan. De boot wordt ingeladen en dan varen we weg. De duikers krijgen hun instructies op de boot. Wij kunnen gewoon rondkijken en direct het water inspringen als we aan het eiland arriveren. Het is een nationaal park en het is er fantastisch mooi! Je ziet er visjes in alle kleuren van de regenboog. Dikke groene vissen met blauwe streepjes, Angel visjes (geel-wit-zwart), blauwe zeesterren,… Elke minuut ontdek je wel een nieuwe soort. Het is alsof je je in National Geographic waant. We zien ook een schildpad maar die ligt maar wat te slapen. Een beetje verder zien we opnieuw een schildpad die aan het zwemmen is vlakbij ons. Ook die visjes zijn allemaal vlakbij. Je zwemt juist boven het koraal en er is ook een koraalwand. ‘s Middags eten we op het eiland met ons lunchpakketje en daarna gaan we terug snorkelen aan de andere kant van het eiland waar het er onder water gelijkaardig uitziet. Precies bloemetjes onder water! De koralen gaan dicht als je dichtbij zwemt. Zelfs Nemo zwemt tussen de koralen door. Onze favoriete vis heeft echter verticale gele-zwarte-blauwe streepjes. De zichtbaarheid is er enorm. Als we terug varen naar het vasteland heeft het er net even geregend. Het is trouwens ceremoniedag vandaag. Iedereen komt op straat om te bidden. Daardoor is er ook veel volk in Lovina vanavond. We eten lekkere mie met kipsatétjes en een chocoladeshake aan een lokaal kraampje. Daarna gaan we nog een dessertje zoeken.

8 september: Lovina
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-XmNNxb9OmR0/WB4jq14XUDI/AAAAAAAAIPo/tngemBuHTdkkxvdFCh8ahaogIRJ0j0ctACHM/s144-o/DSC05280.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551743563943986″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05280.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Na het ontbijt met toast en jam gaan we op zoek naar een scooter om te huren. De dame wil ons er echter geen verhuren zonder internationaal rijbewijs dus dat doen we dan maar wijselijk niet en we maken plan B op. We wandelen via het strand naar de tempel en de hotsprings. Het strand gaat over van resorts naar armzalige huisjes en terug resorts. Aan een watersportresort genieten we van wat sapjes al kijkende naar de parachute en de flyfish. De straten zijn allemaal mooi versierd nog en overal om de tien meter staat er wel een beeldje. De tempel Brahma Vihara Arama is ook wel mooi.

 

 

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-kIKrUfY2kpo/WB4jqzBQHDI/AAAAAAAAIPo/WuznRICgyzcbUQnqo3sXZCcuRNojKYJiwCHM/s144-o/DSC05309.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551742795914290″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05309.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

We smullen er van een ijsje -voor meer hebben we geen honger door de warmte- en wandelen verder naar de hotsprings. Omdat het feestdag is, zit de hotspring vol met Indonesiërs, plezant om te zien. We wandelen terug tot de hoofdstraat en krijgen daar een lift terug van een Indonesisch gezien. We zwemmen nog eens in ons prachtig zwembad en gaan dan voor de verandering eens uit eten in een vegetarisch restaurantje en we boeken ons vervoer naar de Gili eilanden. We kiezen voor de fast boat deze keer.

9 september: Gili eilanden

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-j6eT4Qx65ss/WB4jq7bHtWI/AAAAAAAAIPo/JGIClhJwWEgXQ8aX_d7deyEeBu1kXex-QCHM/s144-o/DSC05333.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745051899234″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05333.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Om 6u worden we al opgepikt om om 7u30 bij Dive Concept te arriveren waar we blijkbaar nog een uurtje moeten wachten en gerust kunnen ontbijten. Vervolgens worden we naar het strand van Ahmed gebracht waar we nog even moeten wachten tot de boot vertrekt. We passen maar juist met onze knieën in de boot en het gaat er ruig aan toe op de golven! De ramen langs rechts moeten dicht of er zou heel wat water binnenkomen. Het is een uurtje en driekwart varen en we komen aan bij knalblauw water, maar wat een drukte! Heel het strand is vol restaurantjes en hotels gebouwd. We vragen ergens info aan een hotel maar ze vragen één miljoen rupia’s, dus we gaan maar een beetje verder in het binnenland kijken. Ook daar is het nog 300-400 duizend, dus nog een beetje verder komen we bij Alex homestay voor 100000. Ook maar slechts 500 meter van het strand, een kakkerlak die gigantisch is moeten we er maar bij nemen:).

 

 

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-QifrtKB5aUo/WB4jq_rHdGI/AAAAAAAAIQQ/B0GdQ_8Nt8827Ft1InXT2yyLNMNEgtYwgCHM/s144-o/DSC05350.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551746192733282″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05350.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

We wandelen door het binnenland naar de noordkust waar we prachtig in een hutje lunchen. We huren snorkels en gaan snorkelen vanop het strand. Deze keer lijken er gigantische oesterzwammen onder water te staan. Er is wat minder ‘flora’ maar wel genoeg visjes en we zien weer 2 schildpadden! De stroming is wel sterker hier dus we zijn moe als we heen en weer gesnorkeld hebben. We verkennen verder het eiland met de nodige sapjes onderweg en ‘beklimmen’ dan de enige berg die het eiland rijk is om de zonsondergang te zien. Uiteten doen we bij Ikan met heerlijke wraps.

 

 

 

10 september: Gili eilanden

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-irAOECG2nLo/WB4jq6UGM0I/AAAAAAAAIPo/YxfjeXaNLkk-CBpDF-qOHRiNBcQu4PJcACHM/s144-o/DSC05368.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744754004802″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05368.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

We ontbijten met echte yoghurt, dat is het voordeel dan weer van zoveel toeristen. Aan één van de vele loketjes boeken we ook onze trip naar de Rinjani vulkaan voor morgen. We willen de boot nemen naar één van de andere eilanden maar ze beweren dat de public boot al weg is, dus we gaan voor het alternatief, snorkelen langs de drie eilanden voor maar 100000 rupia’s. We zien weer verschillende schildpadden en visjes. Alleen prikt het soms verschrikkelijk in de zee, volgens de gidsen van plankton. We lunchen op Gili Air -het meest rechtse eilandje- met toepasselijke fish and chips. Nog een snorkeluitstap en dan varen we terug naar Gili Trawangan. De zee is echter al ruwer geworden en we worden kletsnat op de boot. We gaan nog een sapje drinken, douchen met een chipske en gaan dan weer lekker uiteten bij Warna’s.

 

 

11 september 2016: Rinjani
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-aa41fvJUlcc/WB4jq7SjbBI/AAAAAAAAIPo/lh1VXXs2KLMdTeoN6bM9u1t-dr4GMqBgACHM/s144-o/DSC05388.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745015966738″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05388.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Om 6u40 moeten we bij het loketje voor onze Rinjanitour zijn om de boot van 7u te kunnen nemen. Leni gaat ook mee, maar ze is net vermist om zonnecrème te kopen als de boot gaat vertrekken. Gelukkig komt ze er juist aan, maar door mij te haasten stoot ik mijn teen tot bloedens toe aan een stuk koraal op het strand. De boot zit vol, we hebben juist nog een dwarsbalkje over om op te gaan zitten. Aan de overkant in Bangsal worden we met paard en kar naar een kantoortje gebracht waar we nog ontbijt met pannenkoeken krijgen en na héén en weer geregel kunnen we vertrekken. Onderweg hebben we echter panne met de auto, het lijkt alsof het wiel eraf gaat vallen, waardoor we moeten uitstappen en wachten tot er een nieuwe auto opdaagt. De plaatselijke bevolking is ondertussen een kip aan het pluimen voor het avondeten. Een nieuwe busje komt ons na een tijdje terug ophalen. Ergens onderweg moeten we er weer uit en moeten we overstappen vanachter in een jeep. Daarmee rijden we eerst naar het registratiecentrum in Sembalun Lawang, waar we ons moeten registreren. Vervolgens starten we onze wandeling op 1000m hoogte, ondertussen is het al half één en er staat ons nog 6 uur te wandelen.
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-rMTaxe7AVH8/WB4jq5Bn7tI/AAAAAAAAIPo/n9xckJN_Wn8FAW7gv9SiHQZKQ8YEUur-wCHM/s144-o/DSC05415.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744408088274″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05415.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Het landschap is golvend groen. Het begin van de wandeling is goed te doen, een beetje op en neer en zachtjes bergop, maar onze gids stormt er vandoor. Vier dragers hebben alle slaap- en eetgerei mee, in bamboemanden aan een bamboestok. Op hun flipflops wandelen ze naar boven, hun armen zwaaiend in een vast ritme. Na anderhalf uur arriveren we aan Post 1 Pementuan op 1425 meter. Onze dragers bereiden er een lekkere noedelmaaltijd voor ons. Ondertussen zijn de heuvels door de wolken omsingeld. Rond 16u arriveren we op op Pos III op 1800 meter. Onze gids stelt voor om hier te overnachten, want we zullen sowieso in het donker op de kraterrim arriveren die nog 900 meter hoger ligt, maar wij zetten door. Anders missen we de zonsopgang op de top, dat zou ook zonde zijn. 5 heuvels moeten we nog over, en gelukkig verdwijnen even de wolken zodat we in de verte de top van de Rinjani zien liggen, de tweede hoogste berg van Indonesië. Zo lijkt hij helemaal niet hoog te zijn. Ondertussen gaat de zon ook onder, en moeten we onze hoofdlamp opzetten om omhoog te klimmen. Om 18u 30 arriveren we op de kraterrim in de volledige duisternis. Enkel de sterren en de verlichte tentjes lichten op. Het is ijzig koud op de kraterrim, we trekken al onze kleren aan, inclusief mijn T-shirt op mijn hoofd om niet teveel warmte langs daar te verliezen. We kruipen allemaal dicht bij elkaar om zoveel warmte te bewaren. Na het avondeten kruipen we dan ook direct onze tent en slaapzak in, waar het toch net iets warmer is.

12 september: Rinjani
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-rCoAL1I6cag/WB4jq4Fe6hI/AAAAAAAAIPo/KSbve8IDSkYHXVQCiz5QAZNyNICjNAoRgCHM/s144-o/DSC05462.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744155838994″ caption=”” type=”image” alt=”Rinjani Lombok” image_size=”3648×2736″ ]

De nacht is frisjes, maar het lukt net om te slapen. Normaal gingen we om 2u gewekt worden, maar het is al 20 voor 3 als we gewekt worden met een theetje en wat koekjes. Een lange sliert van lichtjes trekt al naar de top. Het eerste stuk gaat redelijk maar over een goed begaanbaar paadje omhoog, het laatste stuk is echt een hel. Bij elke 2 stappen die je zet, ga je er eentje terug achteruit in het vulkanisch steengruis. Onze gids is ook niet meer mee om één of andere reden, dus hij motiveert ons ook niet om voort te maken. De zon komt dus al op voor we boven zijn, maar het blijft een mooi moment met het wolkendek. Het is al acht uur eer we uiteindelijk op de top zijn. De jongens zijn kapot, maar ik had eerder een mentaal probleem om gemotiveerd te blijven, ben dan ook op het gemakje naar boven gegaan. Het uitzicht maakt echter alles goed! Een aapje houdt het toezicht vanop de rotsen. We kunnen helaas niet te lang blijven, want we moeten nog helemaal terug naar beneden en er wacht ons nog een lange dag. Naar beneden gaat vlotjes er ligt zoveel gruis, dat je in snelheid naar beneden kan.
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-nRhm_rDig88/WB4jq1rTK0I/AAAAAAAAIPo/4qoj54aPAhQfv6OAyGaWjhYYz2L1gzwsQCHM/s144-o/DSC05479.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551743509146434″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05479.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Bij ons tentje wacht ons ontbijt met een lekkere pannenkoek. Onze medereizigers zijn kapot en volgens onze gids is het nog 3u naar beneden en 4u naar boven wandelen en dat zien ze niet meer zitten… We stellen voor om tot het meer te slapen en daar te overnachten, dan wordt gewoon de laatste dag wat langer. Eerst is dat oké, maar dan ineens niet meer… Noodgedwongen zullen we dan maar gewoon terug naar beneden wandelen. Wij gaan er mee akkoord op voorwaarde dat we toch nog iets doen dag 3, namelijk naar de watervallen gaan. Naar beneden is ook niet evident, het schuift soms wel, en de meesten vallen wel eens op hun poep. Leo landt gelukkig tegen een boom als hij een 5tal meter naar beneden valt. Onze gids die holt er echter vandoor. Aan POS I lunchen we terug, en hebben er plezier in om alle wandelaars zwetend naar boven zien te ploeteren. Uiteindelijk is het toch ook nog 5 uur wandelen naar beneden. Daar wacht een laadbak ons weer op. Ze willen ons toch eerst betalend in een hostel droppen, maar wij zetten door om naar de waterval te gaan. We moeten dan wel de auto bijbetalen, maar daar kunnen we meeleven omdat die onder normale omstandigheden inderdaad niet voorzien was. Het is al wel donker als we aan de waterval Sendang Gile arriveren, maar het pad ernaar toe is éénvoudig via trappen en het is leuk om toch nog te kamperen. Er wordt weer lekker eten voor ons gemaakt en dan kunnen we nu wat lekker warm slapen.

13 september: Senaru – Sengiggi
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-PwytZsnqNTM/WB4jq6BAMyI/AAAAAAAAIPo/l83dNIwTfvYjJ1lgSc1XCzjfnNqtDDE_gCHM/s144-o/DSC05555.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551744673919778″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05555.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Om 7u is het ontbijt met noedels, dat zijn zeker deze die voor de lunch bedoeld zijn, want ondertussen is ons meegedeeld dat we die niet meer zullen krijgen. Leni neemt ondertussen een douche onder de waterval. Wij wachten tot de volgende waar je zou kunnen zwemmen. Ondertussen komt de onderhoudsman om alles op te ruimen, want de Indonesiërs maken er altijd een stort van. Overal ligt er afval, hoewel er toch ook vuilbakken zijn. Na het ontbijt wandelen we naar de tweede waterval Tiu kelep, via waterkanaaltjes. De lokale kinderen zijn er met behulp van een stukje glas als soort onderwaterkijker krabbetjes aan het vangen. Voor de wandeling naar de 2e waterval moeten we een paar riviertjes doorkruisen, dus elke keer onze schoenen uit doen. Aan de waterval kan je inderdaad prima zwemmen, maar het is wel ijzig koud! Na de zwempartij wandelen we terug naar de ingang van de watervallen waar een auto ons naar het hostel in Senaru brengt waar onze bagage zolang heeft gestaan. De auto brengt ons terug naar de locatie van keuze. Leni gaat terug naar de Gili-eilanden, Seb en Leo naar de luchthaven, en wij naar Sengiggi waar we een gezellig hostel Oggies place vinden. Het is niet zeker dat ze nog een kamer hebben, maar zeker een bed dus we laten onze bagage achter en gaan naar het strand.
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-iICnn9KhFQc/WB4jqwh6z5I/AAAAAAAAIPo/LA3i2RIMzhg_JW1_1q5F2ipj2EfWoZr1ACHM/s144-o/DSC05593.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551742127624082″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05593.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

In het plaatselijk restaurantje eten we op de grond lekkere kipsatétjes met opgerolde rijst. Onze Indonesische buren die op vakantie zijn vanuit Djakarta blijken zelfs in Louvain-la neuve gestudeerd te hebben. Het is weer een feestdag vandaag dus er is veel activiteit op het strand, de kinderen spelen met opgeblazen binnenbanden, de moedige vrouwen durven al eens op de kajak. Als we ons op het strand zetten, komt er om de haverklap wel iemand langs om zijn Engels te oefenen… Een beetje verder gaan wij ook zwemmen in het lekkere warme water. Er zijn wel wat souvenirverkopers dus een Canadese dame vraagt of ze ons even gezelschap mag houden zodat ze niet teveel lastig wordt gevallen. Voor ons uiteraard geen probleem. Na wat zwemmen, besluiten we via het strand naar het tempeltje te wandelen. Het is een klein tempeltje, maar je hebt er wel een mooi zicht op de zonsondergang. Een dubbele regenboog brengt nog wat extra sfeer met zich mee. We drinken nog een sapje en een cocktail aan het chique hotel op het strand, maar dat van mij lijkt toch verre van op een vers passievruchtensapje…. We eten gewoon aan ons hotelletje maar gaan nog een dessertje bananasplit eten in de stad.

14september: Sengiggi – Ubud

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-ud9FDdKrH9E/WB4jq9yA_ZI/AAAAAAAAIPo/GgRTfmul8Tw54GAr7PwxBjQPkbdTUCXTwCHM/s144-o/DSC05614.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745684798866″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05614.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Na een lekker ontbijtje met een croque monsieur gaan we nog even naar het strand een zwempje doen vooraleer ons busje vertrekt naar de ferryhaven. Het is nog even discussie met twee mannen die aan hun hotel willen worden afgezet, maar uiteindelijk verlaten ze toch het busje. We moeten nog wel lang wachten aan de ferry, maar ondertussen eten we nog rijst en mie. Het is 4 à 5 uur varen en ik breng de tijd door met een dutje en een goed boek. De zon gaat al onder als we terug aan land in Bali arriveren. Daar houden anderen weer discussies met de busjes, maar voor ons is er niets aan de hand…wij moeten er in de eerste stop Ubud al uit. We wandelen er naar het guesthouse Shana dat we in gedachten hadden, het ligt pal in het centrum in de restaurantstraat, achter een tempelachtige inkom. De kamer is ook extreem chique naar onze normen, als we die prijs van 250 rupias (inclusief ontbijt) maar goed begrepen hebben.. Keuze teveel aan restaurantjes, maar op sommige plaatsen is het ook ontzettend druk, er is hier een overvloed aan toeristen. Uiteindelijk belanden we bij de Vietnamees La Mien, dat is eens wat anders…

15 september: Ubud

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-eJFyK_KInVY/WB4jq7h4_dI/AAAAAAAAIPo/6wZF_IvymP0UtaUPmRquuEJXKi1gpEUoACHM/s144-o/DSC05640.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745080294866″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05640.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

Na een lekker ontbijtje op ons terras met bananen en ananas croque monsieurs met vers fruit, trekken we op pad. Geen strikte plannen vandaag, wandelen en verkennen staat er op de agenda. We starten met het marktje te verkennen en slenteren door het souvenirstraatje. Vervolgens verkennen we een klein tempeltje, maar er staan beelden alom. Een beetje verder is de Saraswati tempel, met een vijver vol met lotusbloemen, dat is wel heel mooi om te zien. Vervolgens wandelen we langs de Campuhan ridge naar boven en het platteland in. We genieten van de rijstvelden en blijven versteld staan van de vele mooie beelden. Om de 10 meter staat er wel een beeld, en het is elke keer net wat anders. We doen een hele toer, en eten dan in een heel rustig gezellig restaurantje Ting ting. Alles ziet er nog nieuw uit, en er staan heel veel groene sapjes op het menu!
Verder monkey forest

 

[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-TURIUI7ZPa4/WB4jq_UMPeI/AAAAAAAAIPo/wyfswGfxWC4a2DUUCdmfHO3UvX2am5-PwCHM/s144-o/DSC05746.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551746096578018″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05746.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

16 september:

Wandeling naar rijstvelden
[peg-image src=”https://lh3.googleusercontent.com/-v-D904BxwVE/WB4jq8Cz3bI/AAAAAAAAIPo/bCHZbqjAX8Mk2duAUw46N2NxEVisXTwqgCHM/s144-o/DSC05834.JPG” href=”https://picasaweb.google.com/108791750659524314945/6349551743291892529?locked=true#6349551745218370994″ caption=”” type=”image” alt=”DSC05834.JPG” image_size=”3648×2736″ ]

17 september:
huiswaarts….